Tenerife

Dinsdag. 8 mei 2018.

Is Tenerife mooi? Die vraag stel ik mij, nu op een bankje aan het strand van Palmar, terwijl de zon langzaam wegzakt boven La Gomera, een ander Canarisch eiland.

Ja, het is hier mooi, maar waarom?

Misschien omdat de natuur hier zo ruw en anders is dan wat we gewend zijn? Of is het omdat de oceaan rondom dit eiland zo alom aanwezig is? Omdat die oceaan de golven stuurt die ons kalmeren en het hoofd leeg maken? Is het om het exotische van de lavastranden en van de palmbomen? Om de terrasjes vol roezemoezende mensen als ik? Om de kookkunsten van Albert, mijn zwager? Om de leuke winkeltjes, om de authentieke restaurantjes langs kolderige hamburgertenten en pizzeria’s? Om de onverwachte ontmoeting met Corrie en Bert, fijne mensen die we hier drie jaar geleden leerden kennen? Om de voelbare liefde van mijn zusjes? Om… nog een duizendtal andere redenen?

Ik weet het niet, nog niet.

Het is maar met welk oog je naar alles kijkt hier, met welke hart je voor de schoonheid van het eiland open staat.

Mijn ogen kijken er nog niet naar, mijn hart staat er nog niet voor open. Mijn wonden zijn nog te vers, de afstand tot de traan is nog kleiner dan tot de lach. Maar ik heel, ik genees, ik voel het. Mijn familie hier doet er alles aan en ik kan alleen met dankbaarheid betalen.

Of de clown in mij terug komt in deze drie weken, of hij nog ooit terug komt is ook voor mij een raadsel. Maar ik voel al de capaciteit om terug te relativeren, om de dingen grappig te benaderen. Misschien is dit een beetje van de hulp en sturing die mijn meisje beloofde in haar laatste dagen.

Ik probeer ook te genieten, van de zon, van het zwembad, van het lekkere eten en drinken, van ons dagelijks potje “canasta” kaartspel, van de absurde discussies met mijn zwager, van het spel van de dolfijnen in de golven langs onze eerste lange wandeling naar Las Galletas.

En het lukt, wonderwel, maar steeds gereflecteerd op de herinnering.

De benadering van komische situaties lukt ook al: de air hostess die haar dikke billen nog juist tussen de vliegtuigzitjes krijgt, en dus volgend jaar naar een andere job moet uitkijken of dringend aan een koolhydraten dieet moet. Het koppeltje op een bankje waarbij het XXXL vrouwtje zingt: “Put your arms around me …” Het S mannetje ernaast dat je ziet denken: dat lukt me al 25 jaar niet meer … Of de man die de BH van zijn XXXL vrouwtje met gefronst gelaat ophangt aan de drooglijn en denkt, we huurden toch dit appartement en geen camping, waarom hebben we deze tenten bij. Om Luc, de vriend klusjesman, met een vriendelijk lachende face, waar je alleen maar vrolijk van wordt, maar die onverstaanbare taal gebruikt, en dus alleen uit zijn mimiek te verstaan blijft voor mij. Om zijn koolhydraten rijke achterwerk. Om de tsunami, als gevolg van een mislukte duik in het zwembad van de corpulente buurman.

Dus zitten de eerste dagen erop en ik probeer al de wensen die ik mocht ontvangen te capteren en te verwerken: fijne vakantie, geniet ervan, laat het je deugd doen, je hebt het verdient, kom pas terug als je uitgerust bent ….

Ik ga het proberen en de humor de boventoon te laten voeren, zoals gebruikelijk in mijn reisverslagjes.

Recente Reakties